In 1889 schilderde Vincent van Gogh een serie van zeven schilderijen die zonnebloemen in verschillende geeltinten als onderwerp hebben. Zijn jongere broer Cor vertrekt in dat jaar naar Zuid-Afrika waar hij de entomoloog Jacobus Swierstra en de zusjes Geesje en Niesje Kwak ontmoet. Niesje en Geesje (die in Amsterdam model voor de kimono schilderijen van George Hendrik Breitner) vertrokken net als vele andere Nederlanders naar Zuid-Afrika in de hoop op een beter leven.
Als Jacobus en Cor worden opgeroepen zich te melden voor actieve dienst in de Boerenoorlog, laat Cor een aantal persoonlijke bezittingen achter in het museum waar Jacobus werkt.